Door K.S. Dwarshuis - vrijdag 3 april 2015
Dinsdag 31 maart was er een toerustende lezing van dominee Aan het Rot, met als titel: Jakobus, canoniek of authentiek. Er was gevraagd om het Bijbelboek van tevoren door te lezen zodat we met de nodige voorkennis naar de lezing konden luisteren.
Jakobus is de patroonheilige van Enschede. Met deze opmerking zette dominee Aan het Rot ons aan het begin van zijn lezing op het verkeerde been. De patroonheilige van Enschede is namelijk Jakobus de meerdere, zoon van Zebedeüs en apostel van Jezus. De brief Jakobus is echter geschreven door Jakobus de mindere, het broertje van Jezus.
In de brief van Jakobus komen vele onderwerpen naar voren en het lijkt ongestructureerd. Het heeft wat weg van een webblog, alsof Jakobus op verschillende momenten een alinea bij de brief schreef over het onderwerp waar hij op dat moment over nadacht.
Jakobus is één van de katholieke brieven, samen met 1-3 Johannes, Petrus en Judas. De katholieke brieven zijn hele eigensoortige brieven die rondgezonden werden in de tijd van de eerste gemeenten. Jakobus is
geschreven aan de Joden die verstrooid raakten na de steniging van Stefanus. Er pleit veel voor dat Jakobus de oudste brief is, nog geen 10 jaar na Pinksteren geschreven.
We hoorden dat Jakobus aanleunt tegen Spreuken en Prediker als hij schrijft over wijsheid en dat hij tegen Amos en Jesaja aanleunt als hij het heeft over de verhouding tussen arm en rijk. Als Jakobus spreekt over leven vanuit de wet grijpt hij daarmee, net als Jezus in de Bergrede, ook terug op het Oude Testament.
Aan het eind van de lezing werd gesproken over de verhouding tussen Jakobus en Paulus. Toen Paulus nog maar een broekie was, was Jakobus al leider in Jeruzalem. Jakobus was dus veel ouder. De brief van Jakobus is gericht aan de Joden en daarmee erg gericht op 'daadwoordelijk geloof' vanuit de wet. Als de brief zo oud is als wordt verondersteld dan is ook deze uitspraak authentiek.
Paulus is in zijn brieven echter veel meer gericht op het geloof van de heidenen en gaat daarom veel meer in op de vraag hoe de daden geplaatst moeten worden in de navolging van Christus. De insteek van Jakobus en
Paulus is dus totaal anders. Toch komen ze uiteindelijk allebei op hetzelfde uit: als er geloof is, kunnen daden niet uitblijven. Het is duidelijk dat beide brieven uiteindelijk dezelfde Auteur hebben.
De uitdaging bij het lezen van Jakobus is dat we ons moeten inleven in de wereld van de Joden uit de tijd net na Pinksteren. Het grootste leerpunt uit de brief is dat het geloof tot uiting komt in ons leven als de verhouding met God in orde is.
Toch keren veel motieven vaker terug, zoals beproeving/verleiding, volharding, taalgebruik, het gebed, arm en rijk en het 'daadwoordelijk geloof': zonder daden is er geen geloof.
Al met al was het een leerzame lezing over het Bijbelboek Jakobus!